Voor de operatie
Gebruik deze checklist bij de voorbereiding op je operatie.
Welke afspraken heb je voor de operatie?
Bloedprikken
Een spreekuurassistente van de polikliniek verwijst je na het bezoek aan de orthopedisch chirurg door naar het laboratorium voor bloedafname.
Ben je na telefonisch contact met de orthopedisch chirurg op de wachtlijst geplaatst voor de knieoperatie? Kom dan ongeveer een week voor de afspraak met de anesthesioloog naar een prikpost van Rijnstate om bloed te laten prikken. Dit kan tot uiterlijk de dag voor je afspraak op de Preoperatieve Screening (POS). Neem je Rijnstatekaart mee naar de prikpost.
Preoperatieve screening
De preoperatieve screening bestaat uit twee onderdelen:
- een afspraak bij de apothekersassistente voor het doornemen van je medicijngebruik;
- een afspraak bij de anesthesioloog voor preoperatief onderzoek.
Medicijngebruik
Gebruik je medicijnen? Dan neemt een apothekersassistent je medicijngebruik met je door. Zorg ervoor dat je een actueel medicijnoverzicht bij de hand hebt. Deze kun je opvragen bij je eigen apotheek. Het kan voorkomen dat de ziekenhuisapotheek meer informatie over je medicijngebruik opvraagt bij je eigen apotheek. Als je hier bezwaar tegen hebt, kun je dit telefonisch doorgeven aan de ziekenhuisapotheek. Zij zijn bereikbaar via telefoonnummer 088 - 005 6322. Vergeet niet om de medicatie die je bij de drogist hebt gehaald door te geven.
Preoperatief onderzoek
Tijdens het preoperatief onderzoek bespreekt de anesthesioloog de wijze van verdoving tijdens de operatie met je. De anesthesioloog schat in welke risico's bij jou aan de operatie en de anesthesie verbonden zijn en hoe we deze risico's kunnen beperken. Soms is de expertise van een andere specialist noodzakelijk en stuurt de anesthesioloog je door naar bijvoorbeeld een internist of cardioloog. Het kan voorkomen dat de anesthesioloog op medische gronden beslist, dat de operatie in Rijnstate Arnhem moet plaatsvinden.
Van de anesthesioloog hoor je ook welke medicijnen je op de dag van de operatie nog mag innemen en met welke medicijnen je van tevoren moet stoppen. Uitzondering hierop zijn antistollingsmiddelen. Volg hierin het advies dat je van de orthopedisch chirurg hebt gekregen. De anesthesioloog bespreekt daarnaast de voorschriften rond eten en drinken vóór de operatie met je.
Afspraak bij de orthopedisch consulent
Tijdens het gehele traject heb je een vast aanspreekpunt; de orthopedisch verpleegkundig consulenten. Tijdens de afspraak neem je samen de vragenlijst door die je vooraf hebt ingevuld. Je neemt de vragenlijst me naar het gesprek in het ziekenhuis. Vindt de afspraak plaats via een videoconsult? Dan houd je deze bij de hand tijdens het gesprek. Je krijgt informatie over de opname en de operatie. Verder informeert ze je over de hulpmiddelen die je nodig hebt en wat je kunt verwachten in de periode na de operatie. Ook als je weer thuis bent zijn de consulenten je eerste aanspreekpunt. Twijfel je of bepaalde klachten erbij horen? Neem dan contact op met de consulent.
Afspraak bij Fysiotherapie
We maken voor jou een afspraak voor een eenmalige bijeenkomst in het ziekenhuis. De afdeling Fysiotherapie verzorgt dit. Het is een groepsbijeenkomst voor patiënten die net als jij een knieprothese krijgen. Tijdens de bijeenkomst informeert de fysiotherapeut je over de behandeling en spreekt hij of zij de oefeningen en activiteiten die het herstel na de operatie bevorderen met je door. Verder oefen je het lopen met elleboogkrukken of een loophulpmiddel dat bij jou past. Deze bijeenkomst duurt ongeveer één tot anderhalf uur. Neem je krukken of rollator mee.
Wanneer word je geopereerd?
Een medewerkster van de afdeling Opnameplanning neemt na het consult met de orthopedisch chirurg contact met je op voor het bespreken van de voorlopige operatiedatum. Na je afspraak bij de anesthesioloog zal duidelijk zijn of de datum definitief gemaakt kan worden. De bevestiging van de operatiedatum krijg je via e-mail of per post. Heb je een of meerdere onderliggende medische aandoeningen, zoals hartziekten, diabetes of morbide obesitas die het verloop van de behandeling kunnen beïnvloeden? Dan krijg je de operatiedatum nadat je gezien bent door de anesthesioloog en een akkoord hebt gekregen voor de operatie.
Wat moet je regelen voor na de operatie?
Na je operatie heb je thuis ondersteuning nodig bij dagelijkse activiteiten zoals jezelf wassen en aankleden, en huishoudelijke werkzaamheden. Er zijn verschillende vormen van nazorg waar je een beroep op kunt doen:
Mantelzorg
Je schakelt je partner, kinderen, buren, vrienden en/of kennissen in om je te helpen na het ontslag uit het ziekenhuis. Misschien kun je, zolang je hulp nodig hebt, bij familie of andere bekenden logeren of kunnen zij bij jou logeren. Onze ervaring is dat je met behulp van hulpmiddelen al snel zelfstandig je persoonlijke verzorging kunt doen. Kun je geen gebruik maken van hulpmiddelen of niet terugvallen op mantelzorg? Dan bestaan er diverse mogelijkheden van zorg na het ontslag uit het ziekenhuis:
- thuiszorg (voor hulp bij de dagelijkse verzorging of verpleegkundige handelingen)
- maaltijdvoorziening
- sociale alarmering
- klusdiensten
- boodschappendienst
- huishoudelijke hulp
Je regelt zelf een particuliere huishoudelijke hulp of je vraagt huishoudelijke hulp aan via jouw gemeente. Op de site van de gemeente vind je meer informatie over huishoudelijke ondersteuning en hoe je dit kunt regelen.
Voor de thuiszorg heb je een indicatiestelling nodig. De indicatiestelling vindt plaats na de operatie in het ziekenhuis. De maaltijdvoorziening, sociale alarmering, klusdiensten en boodschappendienst moet je zelf aanvragen. Tijdens het gesprek met de orthopedisch bespreken we welke zaken in jouw situatie raadzaam zijn om te regelen.
Revalideren in een zorghotel of herstellingsoord
Je kunt na ontslag uit het ziekenhuis ook tijdelijk verblijven in een zorghotel of herstellingsoord. De kosten hiervoor zijn voor jezelf. Je kunt bij jouw zorgverzekering navragen of zij een deel van deze kosten vergoeden.
Wil je in een zorghotel of herstellingsoord revalideren? Zoek dan vóór je afspraak op het orthopedisch verpleegkundig spreekuur uit naar welk zorghotel of herstellingsoord je wilt gaan en of dit financieel haalbaar is. Zodra je de operatiedatum hebt gekregen, reserveer je zelf een plek in het door jou gekozen zorghotel of herstellingsoord. Rijnstate Clinics tekent geen medische verklaring voor noodzakelijk verblijf in het zorghotel of herstellingsoord. Het verblijf is op particuliere basis.
Hulpmiddelen
Onderstaande hulpmiddelen zijn te leen bij de thuiszorgwinkel voor maximaal zes maanden. Regel dit voor de operatie.
- toiletverhoger
- bedklossen
- badplank
- douchestoel
Deze hulpmiddelen zijn over het algemeen verkrijgbaar bij thuiszorgwinkels of in de reguliere winkels zoals de Blokker of Gamma:
- helping hand (grijpstok)
- lange schoenlepel
- kousen aantrekhulp
- elastische schoenveters
- stoelpootverhogers (olifantenpoten per set)
Waar moet je rekening mee houden voor de operatie?
Lichamelijke ongemakken voor de operatie
Lichamelijke ongemakken die een infectie kunnen veroorzaken, moeten opgelost zijn voor de operatie. Krijg je in de aanloop naar de operatie te maken met lichamelijke ongemakken zoals een urineweginfectie, een wond of bijvoorbeeld problemen met je gebit? Neem dan op tijd contact op met de orthopedisch consulent. Om de kans op infecties te verkleinen, vragen we je dringend om circa zes weken voor en zes weken na de operatie geen bezoek aan je tandarts te brengen. Je gebit moet voor de operatie wel in orde en gezond zijn.
Injectie in het kniegewricht
Heb je van de huisarts of orthopedisch chirurg een injectie met een pijnstillende en ontstekingsremmende werking in het te opereren kniegewricht gehad? Houd er dan rekening mee dat de operatie pas drie maanden nadat de injectie is gegeven, plaats mag vinden. Binnen deze periode is er namelijk, door de ingespoten corticosteroïden, een verhoogd risico op een wondinfectie.
Bacterie Staphylococcus aureus
Ieder mens draagt van nature bacteriën bij zich. Deze bevinden zich zowel op als in het lichaam. Ze horen bij de mens en hebben vaak een nuttige functie. Normaal gezien beschermt de huid het lichaam tegen allerlei gevaren van buitenaf. Zo worden bijvoorbeeld bacteriën, schimmels en virussen door de huid tegengehouden. Bij een wond is deze beschermlaag stuk en kunnen bacteriën het lichaam binnendringen. In sommige gevallen kan men er dan hinder van ondervinden.
Een infectie van de operatiewond is een complicatie die zich na elke operatie kan voordoen. Bij operaties waarbij kunstmateriaal wordt geïmplanteerd, zoals een knieprothese bestaat het gevaar dat de infectie ook de prothese bereikt. Dit is een vervelende complicatie, waardoor je bijvoorbeeld opnieuw geopereerd moet worden en langdurig antibiotica moet gebruiken.
De bacterie Staphylococcus aureus is een belangrijke veroorzaker van wondinfecties. Ongeveer 30 tot 40 procent van de Nederlandse bevolking is ‘drager’ van Staphylococcus aureus die vooral voorkomt op de huid en in de neus. Om het risico op een wondinfectie met deze bacterie te verminderen adviseren wij je een behandeling die de bacterie tijdelijk verwijdert uit de neus en van de huid. De behandeling bestaat uit het gebruik van neuszalf en reiniging van het lichaam met speciale desinfecterende zeep. Deze behandeling duurt in totaal vijf dagen en start vier dagen voor de operatie. Er zijn geen bijwerkingen bekend van de neuszalf en de desinfecterende zeep.
Lees meer over de behandeling van Staphylococcus aureus
Hoe bereid je jezelf voor?
Bevestiging van je opnamedatum
Je komt op de ochtend van de operatie naar het ziekenhuis. Je hebt van het opnamebureau een bevestigingsmail of brief met de datum van je opname gehad. De opnamedatum kan afwijken van de operatiedag. Als je eerder opgenomen wordt, heeft dit te maken met speciale voorbereiding op de operatie. Dit kan nodig zijn als je bijvoorbeeld diabetes of een longziekte hebt.
Als je wel op de operatiedag wordt opgenomen, neem je de werkdag ervoor zelf contact op met het ziekenhuis. Je kunt hiervoor bellen met de afdeling Opnameplanning tussen 11.15 en 13.00 uur. Je hoort dan op welk tijdstip wij je in het ziekenhuis verwachten. Het telefoonnummer staat vermeld in de brief en/of mail van de afdeling Opnameplanning.
Wat neem je mee naar het ziekenhuis?
Je neemt het volgende mee naar het ziekenhuis:
- medicijnen die je gebruikt, in de originele verpakking
- toiletspullen
- hulpmiddelen en/of protheses die je gebruikt (zoals bril en hoorapparaat)
- voldoende ondergoed en comfortabele (nacht)kleding
- goed ingelopen, stevige platte schoenen
- krukken, eventueel rollator
- mupirocine neuszalf (Bactroban)
Wij raden je aan om sieraden en andere kostbaarheden thuis te laten. Het ziekenhuis is niet aansprakelijk bij vermissing |
Opnamedag
Voor Rijnstate Zevenaar meld je jezelf op de begane grond bij de receptie, tegenover de hoofdingang. Een medewerkster van de receptie verwijst je naar de verpleegafdeling.
Bij opname in Rijnstate Arnhem meldt je jezelf op de begane grond bij de patiëntenontvangstbalie. Vervolgens ga je naar de Ontvangstruimte Operatiekamers. Dit is een afdeling waar patiënten van verschillende specialismen worden opgenomen.
Lees meer over de voorbereidingen in de Ontvangstruimte
Na de operatie kom je op de verpleegafdeling. Daar informeren ze je over de verdere gang van zaken op de afdeling.
Voorbereiding in het ziekenhuis
Zorg dat je jezelf houdt aan de instructies die vermeld staan in de patiënt-informatiebrief die je van de anesthesioloog hebt ontvangen. In deze brief vind je onder andere informatie over medicijngebruik rondom de operatie en het nuchter zijn voor de ingreep. Deze brief kun je ook inzien in Mijn Rijnstate.
Bij een algehele narcose doe je je contactlenzen uit. Als je een gebitsprothese hebt, doe je die uit op de operatiekamer. Daarvoor krijg je een gebitsbakje (met jouw gegevens erop) mee naar de operatiekamer. Vlak voordat je naar de operatieafdeling gaat, krijg je operatiekleding aan. Het kan zijn dat je van de verpleegkundige medicijnen krijgt ter voorbereiding op de operatie. Voordat je de operatiekamer in gaat, krijg je in de voorbereidingsruimte een infuus. Via dit infuus dienen we vocht en medicijnen toe. De anesthesioloog geeft je onder echogeleiding een verdovingsprik in het bovenbeen. Deze prik zorgt voor pijnbestrijding in de eerste uren na de operatie (Adductor Canal block). In de operatiekamer geeft de anesthesioloog de verdoving, in de vorm van een ruggenprik of narcose.