Jouw behandelend arts heeft bij jou de diagnose ‘overactieve blaas’ gesteld. Hier vind je informatie over de behandeling met botuline-toxine, veelal bekend onder de merknaam Botox.
Een ‘overactieve blaas’ betekent dat je vaak moet plassen en dat je voor het plassen meestal hevige aandrang hebt. Het is zelfs mogelijk dat je af en toe de urine niet kunt ophouden. Hiervoor ben je al behandeld met bijvoorbeeld medicijnen, bekkenbodemtherapie of zenuwstimulatie via de enkel. Als geen van deze behandelingen voldoende helpt, kan de toediening van botuline-toxine (kortweg botuline) uitkomst bieden.
Voordat de botulinebehandeling wordt gepland, moet je jezelf kunnen katheteriseren. Dat houdt in dat je jouw blaas leegmaakt met een katheter. De instructieverpleegkundige op de polikliniek Urologie leert je dit aan. Voor deze instructie maak je een afspraak op de polikliniek. Bij de instructie krijg je ook materialen mee naar huis die je nodig hebt na de behandeling.
Als je medicijnen gebruikt, mag je deze in het algemeen normaal blijven gebruiken. Gebruik je antistollingsmiddelen? Bespreek dan met de arts hoeveel dagen voor de behandeling je hiermee moet stoppen.
We adviseren je gemakkelijke kleding aan te doen. Een pyjama is niet nodig. Voor de behandeling meld je jezelf bij de Opnamebalie. Daarna ga je naar de afdeling Urologie. Hier krijg je een katheter. Via deze katheter wordt verdovingsvloeistof (lidocaïne) in jouw blaas gebracht. Er wordt een stop op de katheter gedaan zodat de vloeistof in de blaas blijft en kan inwerken op de binnenkant van de blaas. Dit inwerken duurt ongeveer 60 minuten. Ook krijg je een antibioticumtablet (Ciproxin) om infectie te voorkomen. Daarna word je op de afgesproken tijd met een rolstoel naar de polikliniek Urologie gebracht.
Botuline-toxine is een medicinale stof die ervoor zorgt dat signalen van de zenuwvezels naar de spieren worden onderbroken. De werking van botuline kun je vergelijken met het doorknippen van de vaste telefoonlijn bij je thuis. Als de lijn wordt doorgeknipt kun je geen telefoongesprek meer voeren. Als botuline in een spier wordt gespoten, kan die spier geen signaal meer ontvangen. Deze wordt daardoor verlamd. In de urologie wordt botuline gebruikt voor de behandeling van een overactieve blaasspier. Na injectie van botuline in de blaasspier verdwijnen bij ongeveer tachtig procent van de patiënten de klachten door een overactieve blaas. De productnaam van botuline-toxine die de afdeling Urologie van Rijnstate gebruikt is Dysport®.
Voor de behandeling kleed je jezelf van onderen uit (schoenen, broek, onderbroek) en neem je plaats op een onderzoekstoel met beensteunen. De verpleegkundige verwijdert de katheter en reinigt de uitgang van de plasbuis met behulp van gaasjes met water. De arts brengt de blaaskijker via de plasbuis naar de blaas. Door een dun kanaaltje van de kijker wordt een lange injectienaald naar binnen geschoven waarmee de arts op vijftien verschillende plekken in de blaas een zeer kleine hoeveelheid botuline in de blaaswand spuit.
Nadat je van de behandelstoel bent geholpen, kleed je jezelf aan. De arts bespreekt de behandeling verder met je. Vervolgens word je teruggebracht naar de afdeling waar je bent opgenomen. Als je hebt geplast en er niet meer dan honderd milliliter urine in de blaas is achtergebleven, mag je naar huis. Dit wordt met een echo gecontroleerd.
Blijft er meer dan honderd milliliter urine in de blaas achter en blijft dit zo bij meerdere keren plassen, dan moet je de blaas een paar keer per dag met een katheter leeghalen zoals de instructieverpleegkundige je geleerd heeft. Je krijgt hierover nog aanvullende informatie voor je naar huis gaat.
Soms kan na injectie van botuline-toxine de urine iets bloederig zijn. We adviseren je daarom wat extra te drinken na de behandeling.
Het effect van de injectie is na drie dagen tot drie weken te merken. De behandeling is effectief bij ongeveer tachtig procent van de patiënten. Helaas werkt botuline maar drie tot twaalf maanden. Als het is uitgewerkt, kan de behandeling worden herhaald.
Bij sommige patiënten werkt de botuline zó goed dat zij een tijd niet goed kunnen plassen en daarom zichzelf enkele malen per dag moeten katheteriseren. Met het uitwerken van de botuline komt echter ook het vermogen om zelf weer te kunnen plassen langzaam terug.
Heb je na het lezen van deze informatie nog vragen? Neem dan contact op met de polikliniek Urologie via 06 - 21 67 05 38 of urologie@rijnstateclinics.nl.
Buiten kantooruren neem je in geval van spoed contact op met de Spoedeisende Hulp via 088 - 005 6680.