Horen

Afstaande oren (flaporen)

Klachten door afstaande oren

Als je afstaande oren hebt, noemen we dat flaporen. Je oorschelp vormt samen met de oorlel het buitenste deel van je oor. Die oorschelp bestaat uit kraakbeen met huid. Als je flaporen hebt, is een plooi van de oorschelp meestal niet of minder goed gevormd. Hierdoor lijkt het soms alsof een gedeelte van je oorschelp te groot is. Veel mensen ervaren flaporen als hinderlijk of onaantrekkelijk. Een operatie kan dan een oplossing bieden.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

Als je klachten ervaart door afstaande oren, verwijst de huisarts je door naar Rijnstate Clinics voor het bespreken van een operatie. Het is belangrijk dat je zelf contact opneemt met de zorgverzekering om na te gaan of de ingreep voor vergoeding in aanmerking komt, dit om teleurstelling te voorkomen. In een gesprek met de plastisch chirurg zullen je klachten en wensen aan bod komen. Daarnaast doen we een lichamelijk onderzoek.

Als we besluiten om je te opereren, dienen we een aanvraag voor vergoeding in bij je zorgverzekeraar. Het komt voor dat de zorgverzekeraar de aanvraag afwijst. In dat geval is het bij Rijnstate Clinics mogelijk om een vrijblijvende offerte voor onverzekerde zorg aan te vragen. Als dit afgerond is, plannen we een datum voor je operatie in.

Welke behandelingen zijn er mogelijk?

Flaporen kunnen eigenlijk alleen verbeterd worden door een operatie. Deze operatie noemen we in medische taal otoplastiek (oto betekent oor en plastiek komt van plastische chirurgie). De operatie duurt ongeveer zestig minuten en vindt plaats in dagbehandeling. Dit betekent dat je een (dag)deel in het ziekenhuis opgenomen wordt. Het is ook mogelijk om deze ingreep poliklinisch uit te voeren, dit bespreken we dan vooraf met je.

Nadat je je narcose hebt gekregen, maken we de oren goed schoon en dekken we ze af met doeken. Bij een plaatselijke verdoving zetten we de verdoving pas na het schoonmaken en afdekken van het te opereren gebied. De plastisch chirurg maakt aan de achterkant van het oor een snede. Vervolgens maken we in het kraakbeen van de oorschelp kerfjes en sneetjes. Zo ontstaat er een diepere plooi in de oorschelp. Als je oorschelp te groot is, verwijdert de plastisch chirurg een stukje kraakbeen. Daarna sluiten we de wond aan de achterkant van de oorschelp. Dit doen we met hechtingen die vanzelf weer oplossen.